In 2025 staan de soorten in het teken van ‘Bijzonder (en) klein’. In januari is de kijker gericht op de vuurgoudhaan.

Vuurgoudhaan
De eerste prijs voor kleinste vogel van Nederland gaat naar… de Goudhaan, direct gevolgd door de Vuurgoudhaan. Het gaat dan slechts om tienden van een gram verschil, waarbij de Goudhaan gemiddeld ongeveer 5 gram weegt. Beide soorten wegen maar net iets meer dan een suikerklontje! Terwijl het Vuurgoudhaantje het wat betreft grootte moet afleggen tegen zijn kleinere broertje, laat hij die ver achter zich als het gaat over schoonheid. Het verenkleed varieert van verschillende tinten groen tot bijna geel en wordt bekroond met een feloranje petje gemarkeerd met brede zwarte strepen en grijze wangen. Qua kleuren past de Vuurgoudhaan heel goed in een herfstpalet en het is dan ook vanzelfsprekend een bosvogel.

Wandelend door de Boswachterij Hardenberg is een ontmoeting met deze soort niet ongewoon. Je hoort dan vanuit een dichte dennenboom of de boomtoppen heel hoge, korte roepjes, want het Vuurgoudhaantje laat zich graag horen, maar minder graag zien. Het kost meestal wat moeite om deze bijna nooit stilzittende vogel waar te nemen, maar het is wel altijd de moeite waard. Ze worden vaak vergezeld door soortgenoten, Goudhaantjes, verschillende soorten mezen en af en toe zelfs een Bladkoning, samen op zoek naar voedsel. Waarschijnlijk zijn al die continue klinkende korte vogelroepjes allemaal manieren om goede voedselplekken te delen en elkaar te waarschuwen voor naderende gevaar: “Hier zitten allemaal lekkere, sappige spinnetjes en vliegjes”, “Pas op, Simon Sperwer komt eraan!”

Als je deze vogels niet hoort in het bos, betekent het overigens niet dat ze er niet zijn. Zowel Goudhaan als Vuurgoudhaan maken zulke hoge geluiden dat ze, als je gehoor achteruitgaat, de eerste soorten zijn die ‘verdwijnen’. Ze zijn dan misschien qua omvang en zang niet heel indrukwekkend, des te indrukwekkender dat een deel vanuit Scandinavië de Noordzee oversteekt naar Nederland. En nu er weinig blad aan bomen en struiken zit, is de kans het grootst ze te zien, vlug vliegend van blad naar tak naar blad!

Tekst: Sylvia de Vries
Foto: Ron Goosselink